Onderzoekers van het Erasmus MC zijn er, samen met collega’s van drie andere umc’s, in geslaagd een gentherapie succesvol te laten werken tegen de bloedingsziekte hemofilie B.
Ingebracht
Gentherapie is een behandeling waarbij een gen of genfragment wordt ingebracht in de lichaamscellen. Zo wordt een fout in het DNA ‘gerepareerd’.
Stollingsmiddelen
In de Europese studie, geleid door prof. Frank Leebeek van de afdeling Hematologie van het Erasmus MC (foto rechts), zijn een tiental patiënten met hemofilie B behandeld. Zij hoeven zich na de gentherapie niet meer te prikken met stollingsmiddelen. De wetenschappers presenteerden hun bevindingen tijdens het congres van de American Society of Hematology in Atlanta en tevens in het vakblad Blood.
Bloedingen
Hemofilie B wordt veroorzaakt door het ontbreken van stollingsfactor IX (negen). Door deze stoornis in de stolling krijgen ernstig aangedane patiënten spontane bloedingen, meestal in hun gewrichten en spieren. Die kunnen uiteindelijk leiden tot gewrichtsschade en ernstige invaliditeit.
Grote belasting
De huidige behandeling bestaat uit het regelmatig toedienen van stollingsfactoren. Hiermee wordt het aantal bloedingen verminderd, maar kunnen deze nog steeds optreden. Deze behandeling vormt een grote belasting voor de patiënt, die zichzelf levenslang twee tot drie keer per week moet prikken. Bovendien is de therapie zeer kostbaar: zo’n € 200.000 per jaar per patiënt.
Stollingsfactor
De studie toonde aan dat gentherapie bij patiënten met ernstige hemofilie B leidt tot verhoging van stollingsfactor IX. Daarmee kon het aantal bloedingen sterk worden verminderd. In de studie werden zes van de in totaal tien patiënten behandeld in de hemofiliebehandelcentra van het Erasmus MC, UMCG, AMC of het UMCU. De overige vier kwamen uit Duitsland of Denemarken en zijn behandeld in Duitsland.
Dosering gen
Gentherapie vond plaats door gebruik te maken van een aangepast, niet-ziekmakend virus waarin het factor IX gen is ingebouwd. In de studie zijn twee verschillende doseringen toegediend van een AAV-5 virus-FIX gen product (vector), ontwikkeld door uniQure Biopharma te Amsterdam. De toediening gebeurde door een éénmalige infusie van dertig minuten bij tien patiënten.
Naar de lever
Het ingebrachte virus ging via de bloedbaan naar de lever, bracht het factor IX gen in de levercellen, waarna het factor IX vervolgens werd aangemaakt. Bij alle patiënten was na de therapie factor IX meetbaar in het bloed (gemiddeld 4,8% bij de lage dosis en 7,2% bij de hoge dosis). Hierdoor traden 90% minder spontane bloedingen op.
Stoppen
Van de negen patiënten die zichzelf tevoren regelmatig stollingsfactor toedienden, konden acht hiermee stoppen na de gentherapie. De meesten hebben in de laatste negen maanden geen bloedingen meer gehad. Door de gentherapie is een totale kostenbesparing aan stollingsfactoren bereikt van ongeveer € 2 miljoen per jaar.
Bijwerkingen
De bijwerkingen waren minimaal, berichtten de onderzoekers. Deze bestonden uit milde en tijdelijke leverfunctietest-afwijkingen. Sommige patiënten zijn inmiddels ruim twee jaar na behandeling met stabiele en doorgaande expressie van factor IX.
Baanbrekend
Prof. Leebeek concludeert: “Deze baanbrekende experimentele studie toont aan dat gentherapie veilig en werkzaam is voor patiënten met hemofilie B en dat het aantal bloedingen en het gebruik van kostbare stollingsfactoren dankzij de therapie sterk afneemt. We gaan nu in Rotterdam een grotere vervolgstudie doen, met dertig tot veertig patiënten, en ook een studie naar hemofilie A.”
gepubliceerd: 20 december 2017.